Bij ons staat de klant centraal en we willen dan ook graag dat je ons altijd kunt bereiken op een manier die voor jou het prettigst is.
Mail: info@vijverleven.nl
Telefoon: +31 528 204 023
Whatsapp: +31 528 204 023
In eerdere delen van deze serie Koi Kopen Deel 1 hebben we gezien dat bij het beoordelen en kopen van koi vier zaken van belang zijn; Body Koi Kopen Deel 2, huidkwaliteit Koi Kopen Deel 3, patroon en de elegantie. In dit deel zoomen we verder in op de patroon.
Patroon
Beginnende hobbyisten focussen zich vooral op het patroon. Ik kan niet genoeg benadrukken dat body en huidkwaliteit veel belangrijker zijn als de vis groter wordt. Een misvormde, vale vis is nooit aantrekkelijk, hoe goed het patroon ook is. Niet voor niets gaat maar 20% van de te vergeven punten op een koishow naar dit onderdeel.
Toch draagt het patroon in grote mate bij aan de uitstraling van de vis. Een patroon kan samen met de kleuren de vissen een stoer of juist een liefelijk karakter geven. Zijn body en huidkwaliteit goed, dan kun je, je richten op het patroon dat je aanstaat.
Om het een beetje ingewikkeld te maken, een vis die meerdere kleuren heeft, hoeft niet per definitie een patroon te hebben. Stel je een Shiro Matsuba voor, dit is een vis met een witte basiskleur met daarin zwarte “ingelegde” schubben. Tweekleurig (als we zwart en wit even als kleur beschouwen) dus. Maar géén patroon. Deze vis valt in de indeling op een show onder de patroonloze vissen (waaronder ook de éénkleurige vissen vallen). Een patroon moet je zien als een “eiland”, een vlak dat meerdere centimeters groot is en een afwijkende kleur heeft dan de basiskleur. Nog één opmerking hierover, als de vinnen een afwijkende kleur hebben dan de body, dan geldt dit weer niet als patroon. Een Soragoi met bruine borstvinnen is dus nog geen Ochiba Shigure.
Soorten patronen
We kunnen verschillende patroonsoorten onderscheiden:
Hierbij wordt het patroon geacht over de denkbeeldige lijn van de rugvin heen te lopen. Het patroon ligt dus als een soort zadel op de vis. Denk aan het rode patroon van een Kohaku.
Hierbij komt het patroon als het ware van onder de lateraallijn naar boven, maar passeert de denkbeeldige lijn van de rugvin niet. De vis wordt dus van onderuit “ingeklemd” door dit type patroon. Te vergelijken met een haarklem waar het knijpgedeelte onder zit en waarvan de “tanden” de vis omklemmen. Denk aan het zwarte patroon op een Shiro Utsuri.
Dit betreffen over het algemeen kleine patronen, die zich redelijk willekeurig op het lichaam van de koi manifesteren, maar meestal wel boven de lateraalllijn. Denk aan het zwarte patroon op een Shiro Bekko.
Hierbij loopt het patroon evenwijdig met de lateraallijn. Het patroon kan zich zowel onder als boven de lateraallijn voordoen, maar wordt geacht de denkbeeldige lijn van de rugvin niet te overschrijden. Denk aan het zwarte patroon op een Kumonryu.
Wat is gewenst?
In eerste instantie is het enige juiste antwoord natuurlijk: “wat u mooi vindt”. Op koishows is vooral balans het sleutelwoord. Een groot patroon aan de voorkant en weinig tot geen patroon aan de achterkant, maakt de vis “topzwaar”. Veel patroon aan de ene zijkant en weinig aan de andere geeft een gevoel van onbalans, het is of de vis elk moment kan omvallen. Termen die van toepassing zijn op patronen die je beter kunt vermijden zijn “topzwaar”, “saai”, “onevenwichtig”, “te druk”, “eenzijdig”.
In het laatste deel “Koi Kopen” zoomen we in op de elegantie van de vis.
zadelpatroon, vlekpatroon en haarklempatroon lineair.
Auteur: Joop van Tol (Koitoday)
Meld je aan voor onze nieuwsbrief
Ontvang de beste aanbiedingen en persoonlijk advies.
cookievoorkeuren
Om u beter en persoonlijker van dienst te zijn, maken we gebruik van cookies en vergelijkbare technieken. Wij en derde partijen gebruiken de cookies om uw internetgedrag op onze website te volgen. Meer informatie vindt u op onze privacybeleidspagina.